
foto: viorica cernica
Ik ben niet per se een aardige man. Ik grom en wil ruis schrijven.
Ruis is alom, ruis is schoonheid of grauw of vuil. Ruis vervormt, ontregelt en houdt je scherp.
Ik ben opgegroeid met Steinbeck en punk en noise.
Ik bewonder Bukowski, voel mij thuis bij Louise Glück en word blij van Anne-James Chaton.
Ik geloof in schoonheid en in liefde.
Maar, niets is vanzelfsprekend. Tegenstelling en verwarring zijn belangrijk voor mij.
Op 13 november 2016 debuteerde ik met ‘ik, mijn broer‘ bij uitgeverij Stanza. Een bundel persoonlijke gedichten die mij volgens uitgever Ton van ’t Hof “met (…) mondige, geconcentreerde lyriek in één klap als dichter op de kaart.” heeft gezet.
In 2019 is mijn tweede bundel De Heremiet verschenen bij uitgeverij petrichor. Ik schreef het tijdens mijn verblijf in de Hermit House, een klein gevouwen huisje in de uiterwaarden van Deventer.
In het voorjaar van 2020 is mijn derde bundel – de Kolengruizer – verschenen bij uitgeverij Gaia Chapbooks. Een rauwe bundel met indringende poëzie.
Op 30 december 2020 is Etgras verschenen bij uitgeverij petrichor, een achttiendelig gedicht over een opgroeiende liefde tegen een achtergrond van punk en new wave. Met prachtige grasdrukken van kunstenares Harriët Ooijman.